Meer dan een jaar

Meer dan een jaar

Eline is één

Eline al meer dan één jaar. Beetje kouwe drukte hoor. Je doet zo’n verjaardag even mee met die mensen. Cadeautjes; prima natuurlijk. Maar ik vermaak me zeker zo goed met mama’s keukengerei, of papa’s stereo- en videoapparatuur. Vraag aan jullie: hoe weet je dat er in een huishouden kinderen zijn? Aan het speelgoed waar je over struikelt? Nee, hoor dat is het niet. Dat kan je in een ver verleden vergeten zijn op te ruimen. Nee, dat weet je pas zeker als er plakband om afgebroken batterijklepjes van afstandsbedieningen zit.
Ik heb niet stilgezeten maar stappen gezet in mijn ontwikkeling. Sterker nog; ik heb stappen gezet. Net voor mijn eerste verjaardag stond ik op eigen benen. Op de verjaardag van Fien zat ik te kijken naar allebei mijn handen die niets vast hadden en realiseerde op dat moment dat ik nergens tegenaan leunde. Zelfs dat bolle buikje van me hing in het luchtledige. Vreemd. Wat nu? Na een seconde of 10, 20? hielp papa me een handje. Dit ging ik zeker vaker doen. Zelfstandig is goed.

Mijn verjaardag was geweldig, lekker veel jongens. De tweeling, maar ook Diémo was er en Mike en Naud. Vanaf de schoot van Naomi heb ik ze uren zien spelen. Ze noemen me nu al een jongensgek. Dat komt omdat ik mijn neven Valentijn, Robin en Dennis altijd begroet met: “Hééééééééé!” Alles wat ze doen vind ik geweldig. Of ze nou trampoline springen, aan het diaboloën zijn of alleen maar hun duimen bewegen bij het DS’en; ik sla ze met glimogen gade. Als mijn ouder me vertellen dat ze weer langs komen, zeggen ze: ‘de hé’s komen straks.’

De lummels komen logeren

Eten

Voordat ik één werd: wortels en bonen, maar ook wel bonen en wortels. Voor mij toen geen aardappelen of vlees. Je mocht het me wel geven, maar dan mikte ik het allemaal met een boog op de grond. Met geven bedoel ik trouwens voor me neerzetten. Voeren sta ik niet toe als het geen pap is.
En dan, als ze het niet meer verwachten, eet ik ineens weer aardappelen en vlees. Beetje verwarring stichten, noem ik dat.

Sinds kort is mijn nieuwe favoriete eten; alles wat valt onder slierten: spaghetti, Macaroni, bami en pasta’s. Liefst met zonder niks erop. Soms, als ik niet in de stemming ben, mag er niet het geringste spoortje tomatensaus op zitten. Als ik het dan toch constateer, gaan de pennes, de fusilli’s, de tagliatelli’s of hoe ze die gedraaide bende ook maar noemen, richting de gordijnen.

Bij oma Blindeweg in de kinderstoel deel ik alles met de honden. Eline een hapje, Puck en Drop een hapje. Lachen als die twee er ruzie om krijgen!
Slapen doe ik overal. Mijn kampeerbed mogen ze overal parkeren. Naast een draaiende wasmachine? Geen probleem. Moe is moe.

Een dag na dat ik één was geworden, luisterde ik een gesprek van mijn ouders af. Ze vonden me zo leuk geworden en zo lief en zoet en ik sliep ook zo lekker door. Kortom, ze begonnen er iets te makkelijk over te denken. Ze begonnen te verslappen. Ik heb direct maatregelen genomen. Ik gaf een order aan twee kiezen om door te komen, ik mat mezelf wat pukkels aan, verhoogde mijn lichaamstemperatuur met enige graden en besloot niets vasts meer te eten. Ik jengelde en zeurde dat het een aard was. Anderhalve week heb ik dat volgehouden. Tot ik tevreden constateerde dat ik ze beiden finaal gesloopt had. Die zullen zich wel twee keer bedenken voor ze weer zoiets roepen.

Lekker hoog op Richards nekIk hoorde mijn oom Richard laatst schamper zeggen dat mijn ouders de zoveelste zijn die denken dat hun kind bovengemiddeld intelligent is, net als aaaaaaalllle andere ouders. Nou, die bovengemiddeld lange, bovengemiddeld veel huizenbezitter kan de pot op. Hij moest eens weten. Ik demonteer blind een puzzel binnen drie seconden. Die til ik op en keer hem om. En hoe die stukken dan weer op zijn plek komen, dat zoeken ze zelf maar uit.

Mijn ouders zijn blij dat ik inmiddels minder paard gefixeerd ben. Alles groter dan een hond (huh-huh) was in mijn ogen een paard. Omdat ik dat geluid heel goed na kan doen, maar niet zonder spetteren, zat elk shirt ’s ochtends al tot aan mijn navel onder het kwijl. Nu kan ik ook boe zeggen. Dat heb ik geleerd bij tante Ria in Groningen. Daar loeien de koeien heel wat beter dan die wittes tijdens mijn vakantie in België.

Mijn woordenschat in de volgorde van leren:

Papapapapapapapapa (er zaten iets te veel pa’s in maar mijn vader rekende het zonder meer goed)
kekkek (eendengeluid dat ik weer ben kwijtgeraakt, geen idee waarom)
Mam (oftewel eten; vooral koekjes zijn erg mam)
Mama
Phrrrrrt (geluid van een paard)
huh-huh (zoals ik dat een beetje mompel is het steno voor woef-woef inzake een hond)
Lamp, (maar later ben ik de “L” weer kwijtgeraakt dus die telt zeker niet meer?)
Bumba (heeeeeele leuke boekjes. Zie de video)

En toen kwam Boe (Ja, Bumba de clown met zijn twee lettergrepen kwam eerst)
Aai (Dat is een poes)
Ba (dat is een bal zonder de nog immer zoekgeraakte “L”)
Nijntje (inmiddels verbasterd tot iets als “Jantje” Had ik al verteld dat ik jongensgek ben?)
Bap (dat is opa)
Eeeeliem-bum-ba (ik kan mijn naam bijna zeggen, ik breek mijn tong er nog eens over. Er zit zelfs weer een “L” in)

Mijn vader oefent nu al maanden met me op: sok
‘Ssssssssssssssssssok!’, doet ie, maar dat werkt. ‘Sssssssssss’, betekent dat je stil moet zijn. Dat lukt me op die momenten prima.

Nu ik inmiddels veertien maanden ben, noem ik mezelf vloeiend Elili.

Met dat je één bent, komt ook de verantwoordelijkheid natuurlijk. Je probeert dan die lui een beetje te helpen. Zo doe ik tegenwoordig onder andere de was voor ze.

Heel eenvoudig. Het zijn zes stappen. Dat is twee keer drie. Had ik al verteld dat ik tot drie kan tellen? Komt doordat mijn vader altijd mijn tenen en vingers natelt, als hij me een shirt of broek heeft aangetrokken.

Wassen:

Eline doet de was1. wasgoed en papier scheiden.
2. Machine vullen, programmaatje kiezen.
3. Deur sluiten, wassen maar. klaar.
4. Schone was eruit
5. Controleren of alle was eruit is.
6. Goed controleren of alle was eruit is.

 

 

Ja de was, maar ook bijvoorbeeld papa een beetje ondersteunen op 9 september is voor mij geen moeite.

Eline bij Martijn

 

Mee op huizenjacht? Ik kijk wel even over hun schouder mee.

Nieuw huisje uitzoeken

 

 

 

 

 

 

De laatste drie foto’s zijn van mijn eerste zonvakantie naar Mallorca. Daar was ik wel even aan toe. Ze zeggen dat zon niet zo goed is voor baby’s in het eerste jaar. Nou, deze zomer was dan heel goed voor me. Maar nu waren we het zat. Als de zon niet naar ons komt, gaan wij wel naar de zon toe.Lunch met mama op Mallorca
In het vliegtuig haal ik een geintje uit met onze voorbuurman. Ik zag dat hij net een cappuccino gekregen had. Wijvenkoffie noemt papa dat. Ik zie hem nog zitten daar met zijn spierballenshirt. Ff kijken of het echt een vent is, dacht ik. Mama laat mij één seconde los in het gangpad. Dat is voor mij hét moment. Ik steek mijn  wijsvinger van achteren in zijn beker en trek. De hele hete inhoud verdwijnt in zijn schoot. Een koffieleuter noem ik dat.
‘Auuuuu!’, roept de jongen en hij trekt zijn joggingbroek pijlsnel omhoog. Ja en nu maar kijken of ie huilen wil. Nee, joh. Hij houdt zich groot. Nadien herstelt hij zich zelfs zodanig dat hij nog even informeert of ik het wel goed maak. Jawel hoor, ik ben net uitgelachen…
Oh oh. Wat had mama een rood hoofd gekregen.

Later die dag bij het avondeten til ik mijn lege soepkom boven mijn hoofd. Men had wederom een seconde geen oog voor mij. Papa zegt er later over dat een scheidsrechter zo’n ingooi niet had afgekeurd. Met een ferme zwaai smeet ik de kom op mama’s bord. Die brak, onder haar eten, precies doormidden.
Men begon zich zorgen te maken over de vakantie. Dit was pas dag 1. Maar verder heb ik me redelijk gedragen.

Chocoladeijsje etenMallorca strand